Eindeloos verlangen.
Altijd willen zijn in het moment.
Als spieren die verlammen.
Blijven staan, wees een vent.
Godvergeten, weggevaagd.
Verdwenen in het niet.
Steeds alleen, niet om gevraagd.
Blijf ik achter in verdriet.
Maar ik kijk uit naar nieuwe tijden.
Als het geluk weer aan mijn zij.
Mijn leven mag verblijden.
Trek ik mezelf weer uit de klei.
Altijd zoekend naar nieuwe wegen.
Ga ik waar ik heen wil.
Met de wind mee, als de regen.
Ga ik weer door, zit ik niet stil.